Met 7 presenteert Radouan Mriziga het slotstuk van zijn trilogie, na 55 en 3600. Opnieuw staat de relatie tussen dans, bouwen en architectuur centraal. Het bewegende lichaam verbindt hij met de expressie van architecturale en sculpturale vormen. In 7 verrijkt Mriziga deze relatie door er mysterie en verbeelding aan toe te voegen. Hij kijkt hiervoor naar de mythologie van de zeven wereldwonderen van de antieke wereld. Deze architecturale en artistieke krachttoeren – waarvan enkel de piramide van Gizeh nog rechtstaat – markeren de overwinning van de mens op zijn fysieke beperkingen en de wetten van de natuur.
Iedere tijd heeft zijn wereldwonderen: een idee van het onmogelijke, dat dan toch gebouwd wordt, groter en indrukwekkender dan wat we al kenden. Maar hoe wonderlijk blijft dat kleine, menselijke lichaam, dat al dat grootse bedenkt en maakt? Hoe oneindig veel mysterieuzer en mooier dan de reuzen waar we ons mee omringen? Mriziga plaatst twee maatstaven tegenover elkaar: de gebouwde wereld, gemaakt om te imponeren, en het ultieme wereldwonder: het menselijke lichaam zelf.
Concept / Choreography: Radouan Mriziga
Made and performed with: Radouan Mriziga, Maïté Jeannolin,
Zoltán Vakulya , Bruno Freire, Eleni-Ellada Damianou, Lana Schneider, Suhad Najm Abdullah
In collaboration with the visual artist: Lana Schneider
Musician: Suhad Najm Abdullah
Costume: Annabelle Locks
Dramaturgical advise: Esther Severi
Artistic advice: Alina Bilokon
Image: Maïté Álvarez
assistent: Sara Chéu
Thanks to: Jozef Wouters
Production:
Moussem Nomadic Arts Center
co-production:
Kaaitheater, Kunstenfestivaldesarts, Sharjah Art Foundation, C-Mine cultuurcentrum Genk, Vooruit & Pact Zollverein in the context of the European Network DNA (Departures and Arrivals) co-funded by the Creative Europe Program of the European Union |
Collaboration:
Kunstenwerkplaats Pianofabriek, Charleroi Danses Centre Chorégraphique de la Fédération Wallonie-Bruxelles.
Met 7 presenteert Radouan Mriziga het slotstuk van zijn trilogie, na 55 en 3600. Opnieuw staat de relatie tussen dans, bouwen en architectuur centraal. Het bewegende lichaam verbindt hij met de expressie van architecturale en sculpturale vormen. In 7 verrijkt Mriziga deze relatie door er mysterie en verbeelding aan toe te voegen. Hij kijkt hiervoor naar de mythologie van de zeven wereldwonderen van de antieke wereld. Deze architecturale en artistieke krachttoeren – waarvan enkel de piramide van Gizeh nog rechtstaat – markeren de overwinning van de mens op zijn fysieke beperkingen en de wetten van de natuur.
Iedere tijd heeft zijn wereldwonderen: een idee van het onmogelijke, dat dan toch gebouwd wordt, groter en indrukwekkender dan wat we al kenden. Maar hoe wonderlijk blijft dat kleine, menselijke lichaam, dat al dat grootse bedenkt en maakt? Hoe oneindig veel mysterieuzer en mooier dan de reuzen waar we ons mee omringen? Mriziga plaatst twee maatstaven tegenover elkaar: de gebouwde wereld, gemaakt om te imponeren, en het ultieme wereldwonder: het menselijke lichaam zelf.